Nieuwsoverzicht

Regionale risico’s voor antibioticaresistentie

23 januari 2020

Mandy van den Brink en Henriëtte Dijkshoorn vertellen hoe zij samen met de partners in het zorgnetwerk de regionale risicofactoren voor antibioticaresistentie (ABR) in kaart hebben gebracht. Ook vertellen zij hoe het opstellen van een risicoprofiel bijdraagt aan de regionale aanpak van ABR.

 

Mandy van den Brink is epidemioloog bij GGD Hollands Noorden en al vanaf de start in 2017 lid van het Regionaal Coördinatie Team (RCT) van het Zorgnetwerk Noord-Holland West. Henriëtte Dijkshoorn is onderzoeker/epidemioloog bij de GGD Amsterdam en sinds 2018 RCT-lid van het zorgnetwerk Noord-Holland Oost/Flevoland. Beiden trokken de totstandkoming van het regionaal risicoprofiel in hun regio.

 

Antibioticaresistentie

Zowel voor Mandy als Henriëtte was ABR een nieuw thema waar zij hun tanden in konden zetten. “Het was leuk om te pionieren en mee te werken aan de opstart van het zorgnetwerk”, vertelt Mandy. “Als epidemioloog bij de GGD ben ik gewend om op het grensvlak van praktijk en onderzoek werkzaam te zijn en informatie uit onderzoek te vertalen naar beleid. Daarmee ondersteunen we nu de andere RCT leden en het zorgnetwerk bij het uitvoeren van hun taken”. De kennismaking met ABR en de samenwerking met andere organisaties binnen het zorgnetwerk gaf Henriëtte ook een nieuwe blik op de publieke gezondheid.

 

Landelijk format voor risicoprofiel

Om een beeld te krijgen van de risico’s voor ABR, maken alle zorgnetwerken een regionaal risicoprofiel. Dat risicoprofiel vormt de basis voor regionaal beleid en maatregelen. Om de zorgnetwerken bij deze taak te helpen, stelde een landelijke werkgroep een format op voor het risicoprofiel. Mandy maakte deel uit van deze werkgroep: “Dat format geeft de zorgnetwerken een overzicht van onderwerpen en thema’s die voor ABR belangrijk zijn om in kaart te brengen. Te denken valt aan regionale gegevens over het vóórkomen van ABR, een overzicht van de zorgorganisaties en samenwerkingsverbanden in de regio en een inschatting van organisatorische risico’s voor ABR, zoals de aandacht voor infectiepreventie en zorgvuldig antibioticagebruik”.

 

Regionaal risicoprofiel

Op verschillende manieren hebben Mandy en Henriëtte informatie voor het risicoprofiel verzameld. Mandy: “Zo  hebben we met het RIVM data uit landelijke surveillance systemen geanalyseerd, semigestructureerde gesprekken gevoerd met zorgorganisaties in de regio, online enquêtes uitgestuurd en in bijeenkomsten onderdelen van het risicoprofiel bediscussieerd”. Een mooi voorbeeld daarvan is een bijeenkomst met de microbiologen uit de regio. “We hebben hen gevraagd om de risicofactoren voor ABR binnen zorginstellingen te prioriteren: hoe ernstig zijn deze risicofactoren, hoe waarschijnlijk is het dat deze risicofactoren blijven bestaan zonder aanvullend beleid, wat zou je er aan kunnen doen en hoe moeilijk is dat?”. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om het wel of niet aanwezig zijn van een actieve infectiepreventiecommissie binnen een instelling en het hebben van een goed antibiotica- en hygiënebeleid met regelmatige audits.  

Hoe groot zijn de risico’s?

Het is lastig om risico’s te kwantificeren, vertelt Mandy. “ABR is een complex probleem waar veel factoren op van invloed kunnen zijn. Bovendien is de informatie vaak incompleet. Die complexiteit kenmerkt ook het risicoprofiel. Iedereen binnen de regio kan op een of andere manier zijn steentje bijdragen aan de aanpak van ABR”. Met het regionaal risicoprofiel is nu geïdentificeerd waar mogelijke verbeteringen zitten. Mandy noemt een aantal voorbeelden. Zo blijkt bijvoorbeeld dat nog niet alle laboratoria in de regio actief deelnemen aan het landelijke surveillance systeem ISIS-AR en dat de aandacht voor ABR en infectiepreventie  sterk varieert per sector en organisatie. “Dat willen we als zorgnetwerk stimuleren, bijvoorbeeld door het aanbieden van audits en het ondersteunen van scholing en bijeenkomsten”. Ook zijn er geen eenduidige transmurale werkafspraken voor de overdracht van patiënten met een Bijzonder Resistent Micro Organisme (BRMO). Hier gaat een regionale werkgroep nu mee aan slag.

 

Basis voor de regionale aanpak

Het risicoprofiel geeft veel aangrijpingspunten voor beleid en voor activiteiten van het zorgnetwerk, vertelt Henriëtte. “Maar de aanpak van ABR vraagt ook een gedragsverandering bij zorgprofessionals én draagvlak binnen de organisaties om dingen te kunnen veranderen. Ik hoop dat het risicoprofiel daar een bijdrage aan levert”. Dat de risico’s nu systematisch in kaart zijn gebracht en inzichtelijk voor iedereen, ook voor besturen van organisaties in de regio, kan daar bij helpen. Hoewel iedereen beseft dat ABR een groot probleem is, ziet Henriëtte nog veel verschil in de manier waarop zorginstellingen met dit probleem omgaan en in hoe actief zij zijn.  

 

Versie 1.0

Voor een aantal onderwerpen geldt dat vervolgonderzoek nodig is. Mandy: “In de regio zien we bijvoorbeeld veel reizigers: toeristen, expats en mensen met een migratieachtergrond die regelmatig naar hun land van herkomst reizen. Omdat buiten Europa het risico op het verkrijgen van een BRMO groter is, willen we graag meer weten over de invloed van reisgedrag op de ABR problematiek in de regio”. Het risicoprofiel wordt op onderdelen van een update voorzien, vertelt Henriëtte. “De eerste versie van risicoprofiel zie ik als een nulmeting. Het is een mooi startpunt. Ook is het straks interessant om de ontwikkelingen te gaan monitoren”.

Het inzichtelijk maken van de risicofactoren voor ABR was weliswaar een omvangrijke klus, vertellen Mandy en Henriëtte, maar het droeg ook veel bij aan de samenwerking binnen het zorgnetwerk. Dat zij regelmatig ervaringen konden uitwisselen met de epidemiologen van de andere zorgnetwerken, was erg waardevol.

HomeOver de zorgnetwerkenActiviteitenNieuws